Gemeente Westellingwerf kwam bij ons met het inkoopvraagstuk voor warme dranken. Het primaire doel was het vinden van een leverancier voor het leveren van de automaten, verbruiksproducten en het periodiek onderhoud. Hier hebben we ze uiteraard mee geholpen.
SROI
De gemeente gaf in het inkoopbeleid aan invulling te willen geven aan de social return on investment (SROI). Zo wordt van leveranciers verlangd dat er met een bepaald percentage van de omzet uitvoering wordt gegeven aan een SROI invulling. Het is gebruikelijk dat een leverancier uitvoering geeft aan deze invulling, maar de gemeente wilde kijken of ze hier zelf ook een invulling aan konden geven zodat ze het breder konden trekken.
Operationele service
De SROI had met name betrekking op de operationele service. Het technische onderhoud (onderhoud aan de apparaten, reparaties, etc.) diende te worden uitgevoerd door de leverancier. De operationele service omvat onder andere het vullen van de automaten en het schoon houden ervan. Dit laatste kan uitstekend worden gedaan door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Het risico hiervan was dat wanneer er even niemand beschikbaar was uit deze ‘poule’ mensen, er geen operationele service zou zijn. Dit moest echter wel gecontinueerd worden. Daarom werd er als onderdeel van de opdracht een stuk flexibiliteit van de leverancier verwacht. Op het moment dat er niemand beschikbaar is, kan de gemeente een beroep doen op de leverancier om de operationele service uit te voeren.
Incidenteel en structureel
De leverancier voert keer per week de operationele service uit. Zo blijven ze betrokken en bekend en staan ze garant voor de uitvoering. Voor de overige uitvoering is onderscheid gemaakt tussen incidentele uitvoering in geval van bijvoorbeeld ziekte en structurele uitvoering in het geval er vanuit SROI geen invulling beschikbaar is. Bovenstaande werd uitgeschreven in de eerste casus.
Koffieresidu
Casus twee ging over het koffieresidu. De leverancier werd gevraagd bij te dragen aan, of de uitvoering van een circulaire bestemming geheel te faciliteren. Leveranciers moesten een voorstel doen voor de bestemming van het koffieresidu en de impact van de opgegeven mogelijkheid/mogelijkheden onderbouwen. Ook moesten ze aangeven hoe dit gewaarborgd zou worden.
Duurzaamheid
Casus drie had betrekking op de duurzaamheid van de apparaten. De apparatuur diende zo duurzaam mogelijk te zijn. Naast energieverbruik moest ook de technische levensduur optimaal benut worden binnen de levenscyclus van het apparaat. Na afloop van de levenscyclus diende de apparatuur op verantwoorde en circulaire wijze verwerkt te worden.